Zoekbeeld:
Zeenaaktslak. Tot ca 30 mm. Ovale dieren. Rug bezet met zachte, puntige wratjes. Achter op de rug een krans met 7-9 geveerde kieuwen. Gelamelleerde rhinoforen in een onopvallende kleine schede. Deze zijn in volledig uitgestrekte toestand met een knik naar achteren gebogen. In Nederland regelmatig op Alcyonidium (Noordzee, Waddengebied, Grevelingenmeer, Ooster- en Westerschelde).
Kenmerken:
Afmetingen: In Nederland worden de dieren maximaal ± 30 mm lang.
Kleur: Meestal grijs, soms heel donker, bruin of tegen tegen zwart aan. Maar er zijn ook volledig witte exemplaren in de Nederlandse kustwateren aangetroffen. Ze zijn altijd éénkleurig, jonge dieren soms met kleine donkere puntjes. Doordat de kleur en structuur van de rug van de Egelslak sterk lijkt op Alcyonidium, het voorkeursvoedsel, zijn de dieren die daar op gevonden worden goed gecamoufleerd.
Vorm: Ovale dieren. De rug is dicht bezet met zachte, puntige, tamelijk
gelijkvormige wratjes. Achter op de rug staat een krans met 7 tot 9
geveerde kieuwen. De gelamelleerde rhinoforen staan in een onopvallende
kleine schede en zijn in volledig uitgestrekte toestand met een knik
naar achteren gebogen.
Eieren: De eieren liggen in een gegolfde gespiraliseerde band, met het smalle deel vastgehecht aan een harde ondergrond.
Te verwarren met:
De eikapsels lijken sterk op die van de Rosse sterslak, maar zijn doorgaans kleiner en minder hoog.
Areaal en verspreiding:
Groot verspreidingsgebied:
van Noord Noorwegen, IJsland tot in de Middellandse Zee. Ook aan de
Amerikaanse Atlantische kust en langs de
Amerikaanse westkust. In Nederland kan de Egelslak kan op harde substraten en bruinwieren gevonden worden, zowel in het Waddengebied als in de Ooster- en Westerschelde.
Habitat en ecologie:
Komt voor op harde substraten waarop het voedsel groeit. Vaak zijn dat mosselbanken. De soort leeft namelijk van mosdiertjes van het geslacht Alcyonidium,
waarop de dieren veel te vinden zijn. Mosdiertjes van
dit geslacht komen vaak voor op mosselschelpen,
maar ook bijvoorbeeld op Bruinwieren. De dieren kunnen eieren afzetten vanaf een lengte van ± 10 mm.
Seizoenspatronen:
Zowel dieren als hun eieren kunnen in alle jaargetijden worden waargenomen.
Literatuur:
Bruyne, R.H. de, S.J. van Leeuwen, A.W. Gmelig
Meyling & R. Daan (red.), 2013. Schelpdieren van het Nederlandse
Noordzeegebied. Ecologische atlas van de mariene weekdieren (Mollusca). Tirion
Uitgevers, Utrecht en Stichting Anemoon, Lisse 414 pp.
Auteurs:
Floor Driessen (mei 2013)
[B. Oonk nov. 2013; IvL jan. 2014]
Aphia ID:
140627
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Zoutwater
Project:
MOO
Gerelateerde soorten:
Citroenslak
Harige vliescelpoliep
Satijnslak
Rosse sterslak
Egelslak
Millennium-wratslak