Search
Search
 
Soortbeschrijving
 
 

Kleine zeeappel
Psammechinus miliaris (P.L.S. Müller, 1771)

Main Image

Item 1 of 2
 

Zoekbeeld:

Zee-egel. Mariene soort. Regelmatige zee-egel van 4,5 cm. Rond, met een platte onderkant en stevige stekels. tot 1,5 cm. Op en tussen de stekels zit vaak materiaal, b.v. zeesla of stukken schelp. De dieren zijn vaak te vinden tussen kieren en spleten van stenen op strekdammen etc., in het sublitoraal en soms litoraal langs de hele kust en op mossel- en oesterbanken. 

Kenmerken:

Afmetingen: Doorsnee 4-5 cm.
Kleur: Meer of minder groen, de uiteinden van de stekels zijn paars waardoor de zeeappel vaak geheel paars lijkt.
Vorm: Een ronde zee-egel met een platte onderkant. Aan de onderkant zitten de beweegbare zuigvoetjes en de mond.
Stekels: er zijn 2 soorten stekels, de korte stekels zijn zeer kort. De langere zijn stevig, spits en tot 1,5 cm lang.
Overig: Op en tussen de stekels wordt vaak materiaal meegedragen, b.v. zeesla of stukken schelp.

Te verwarren met:

De eetbare zeeappel Echinus esculentus. Deze is echter in Nederland zeer zeldzaam.

Areaal en verspreiding:

Oostelijke Atlantische Oceaan van Scandinavië tot in het zuiden tot Marokko, niet in de Middellandse Zee. Vooral algemeen in de Noordzee.

 

Habitat en ecologie:

De kleine zeeappel zit meestal weggestopt tussen kieren en spleten van stenen en mossel- en oesterbanken. Elders ook tussen grote bruinwieren en in zeegrasvelden. Ze komen voor vanaf de laagwaterlijn tot ongeveer 100 m diepte, maar zijn vooral te beschouwen als een litorale en ondiep levende sublitorale soort. Per jaar kunnen de aantallen sterk verschillen, het ene jaar zijn ze zeldzaam, het andere jaar weer algemeen.
In Nederland komen ze voor in de Grevelingen, Ooster- en Westerschelde, Waddenzee en op natuurlijk en door de mens gemaakt hard substraat in de Noordzee. Het voedsel bestaat uit diatomeeën, wormen, hydroïdpoliepen, kleine kreeftachtigen en weekdieren, detritus en grotere wieren.

Literatuur:

  • Leeuwis, R., D. Willemse, P. Sloof-Spijker & C. Jacobusse., 2005. Zeefauna in Zeeland. Fauna Zeelandica. Deel 1. Sponzen, Neteldieren en Ribkwallen, Wormen, Tentakeldieren, Stekelhuidigen en Zakpijpen. Het Zeeuwse Landschap.
  • Leewis, R.J., 2002. Flora en fauna van de zee. KNNV-Veldgids nr. 16. Utrecht, Stichting Uitgeverij KNNV. 320 pp.
  • Moen, F.E. & E. Svensen, 2004. Marine fish & invertebrates of Northern Europe. Aquapress, Southend-on Sea, Essex. 608 pp.

Auteurs:

Silvia Waajen (2013)
A.W. Gmelig Meyling (2013)
[IvL jan. 2014]

Aphia ID:

124319

Gebied:

Nederland

Biotoop:

Zoutwater

Project:

MOO|LIMP

Gerelateerde soorten:

Zeeklit

 
   
 
Faunavoorspelling kaart
 
 

April


Legend with Growing Color Boxes
  • 0%-5%
  • 5%-10%
  • 10%-25%
  • 25%-50%
  • 50%-100%
  • Onvoldoende waarnemingen
 
   
Faunavoorspelling
  • Collapse
  • Close
SoortMaandTrefkans %Voldoende waarnemingenlocatienummerLocatie
No records to display.
Columns Display
Show/Hide Columns and Drag the Icon to Reorder
Show rows with value thatAndClear Filter
Export

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top