Zoekbeeld:
Kolonievormende mariene soort. Vormt flexibele bruine tot lichtgrijze bosachtige structuren die tussen de 6 en 10 cm hoog worden. Af en toe wordt een hoogte van 20 cm bereikt. Is verdeeld in breed gelobde stukken en gemaakt van individuen (zoïden) aan beide kanten. Zoïden zijn tongvormig, 0.4 mm lang en 0.2-0.28 mm breed. Als een kolonie vers is bezit deze een citroen geur.
Kenmerken:
Afmetingen: Kolonie wordt tussen de 6 en 20 cm. Zoiden zijn 0.4 bij 0.2-0.28 mm groot.
Vorm: Zoïden zijn min of meer vierkant van vorm.
Kleur: Bruin tot lichtgrijs.
Overig: De polypide bezit 13-14 tentakels.
Te verwarren met:
Wordt vaak verward met zeewier. Verder te verwarren met Securiflustra securifrons, deze heeft echter smallere bladen.
Areaal en verspreiding:
Was een algemeen voorkomende soort op de Vlaamse banken, die vaak aanspoelde na een storm. Er spoelen echter steeds minder vaak kolonies aan op het strand.
Habitat en ecologie:
Gevonden op stevige ondergrond en stabiele, harde substraten zoals stenen, schelpen of stenen in sterke stromen. Leeft beneden het getijden gebied, maar spoelt vaak aan op het strand.
Literatuur:
- Rouse, S. (2011). Flustra Foliacea. Opgeroepen op 10
8, 2015, van BritishBryozoans:
http://britishbryozoans.myspecies.info/taxonomy/term/2827/descriptions
- Walters, H. &
Ballerstedt, S. (2007). Hornwrack – Flustra foliacea – General
information. Opgeroepen op oktober 8, 2015, van MarLIN The Marine Life
Information Network:
http://www.marlin.ac.uk/speciesfullreview.php?speciesID=3342
Auteurs:
(Chantal Garttener, okt 2015)
NadereInformatie:
Link: verspreiding Breedbladig mosdiertje van 1997 t/m 2015.
Aphia ID:
111367
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Zoutwater
Project:
MOO|LIMP|SMP
Gerelateerde soorten:
Harig mosdiertje