Zoekbeeld:
Solitaire zakpijp. Mariene soort. De Harige zakpijp is wittig en halfdoorzichtig, meestal min of meer ovaal van vorm. De mantel is glad. De in- en uitstroomopeningen staan dicht bij elkaar. De uitstroomopening staat vaak net niet aan de bovenkant, maar iets opzij. De instroomopening is soms wat geribbeld. Soms zijn rondom kleine wratjes te zien. De soort 'ligt' vaak met de zijkant aan het substraat gehecht.
Kenmerken:
Afmetingen: Lengte tot circa 5 cm. Breedte tot circa 3 cm.
Kleur: De dieren zijn melkwit, halfdoorzichtig en soms voorzien van rode vlekjes.
Vorm: Afstand tussen de in- en uitstroomopening is ongeveer 1/4 van de lengte.
Te verwarren met:
De soort kan worden verward met de (veel algemenere) Ruwe zakpijp Ascidiella aspersa, die vaak op dezelfde plaatsen leeft. Deze zit ook met de zijkant aan het substraat gehecht zijn. Een verschil is dat A. scabra meestal een roodpatroon heeft op beide siphons. Geef in geval van twijfel waarnemingen het liefst door als 'Ascidiella spec.'.
Areaal en verspreiding:
De Harige zakpijp is tamelijk zeldzaam. De dieren zijn waargenomen in de Oosterschelde en de monding van de Westerschelde. Van de rest van de Nederlandse kust zijn geen waarnemingen bekend.
Habitat en ecologie:
Aan te treffen op allerlei hard substraat, waaronder pontons. De soort prefereert rustig water, bijvoorbeeld in havens.
Literatuur:
- Wood, C. 2013. The Diver's Guide to Marine Life of Britain and Ireland. Wild Nature Press, Plymouth, UK.
Auteurs:
Jorgen de Bruin (2013)
[IvL mrt 2014]
NadereInformatie:
Vroeger ook wel aangeduid met de naam Scheve zakpijp. De voorkeur heeft echter de naam Harige zakpijp.
Aphia ID:
103719
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Zoutwater
Project:
MOO|SETL
Gerelateerde soorten:
Ruwe zakpijp