Duik in een struik
Help je mee slakken tellen?
Je zal maar een landslak zijn. Dan heb je het in ons land niet altijd even makkelijk. Er traden en treden in ons land de laatste decennia grote veranderingen op. Klimaatverandering bijvoorbeeld. Droge zomers raken vooral landslakken hard. Maar ook in water levende soorten hebben hiermee te maken. En naast verdroging zijn er andere bedreigingen. Landschappelijke veranderingen, vooral het verkleinen of sterk versnipperen van leefgebied door bebouwing, wegen en andere ingrepen, hebben vaak grote gevolgen. Hetzelfde geldt voor waterstaatkundige en andere wijzigingen in het aquatische milieu (water).
Niet aaibaar
Weekdieren (ook wel schelpdieren of 'mollusken' genoemd) hadden het ook om andere redenen lang moeilijk.
Sommige diergroepen, zoals zoogdieren, vogels en vlinders, zijn erg geliefd onder het publiek. Slakken en mossels zijn lang niet zo 'aaibaar'. Sommige mensen vinden slakken enge, vieze beesten die ze liever kwijt dan rijk zijn. In het verleden richtte onderzoek zich vaak eerder op bestrijding van de (enkele) plaagvormende soorten, dan op het behoud van de dieren. Slakken hoéf je ook helemaal niet te aaien. Op die paar soorten na die op een vervelende manier je tuinplanten of groenten opeten, zijn het leuke dieren, met ogen op steeltjes en vaak een mooi slakkenhuisje op hun rug.
Pogingen om meer te weten te komen over de landelijke verspreiding en de eventuele voor- of achteruitgang, kregen vroeger dan ook maar weinig bijval. Maar gelukkig is daarin de laatste jaren verandering gekomen.
Kijken naar slakken is leuk
Naar slakken kun op je gemak uren kijken. Dat is ook uitstekend voor het onthaasten. Slakken zijn rustige dieren die niet wegrennen of vliegen. Hoogstens kruipen ze weg onder een tak, steen of in de grond, of ze verschansen zich in hun huisje. Alles doen ze in een slakkentempo.
Ook het liefdesspel van slakken kan lang duren. Wijngaardslakken en tuinslakken stimuleren elkaar door de partner te prikken met puntige, kalkachtige 'liefdespijlen' (google het maar eens). Twee parende wijngaardslakken kunnen soms wel 24 uur hevig in elkaar opgaan, waarbij ze elkaar wederzijds bevruchten. Slakken zijn namelijk hermafrodiet: mannetje en vrouwtje tegelijk. Soms tref je zelfs een trio aan (foto hiernaast).
Er leven in Nederland tegen de 120 soorten landslakken. Een deel daarvan is zeldzaam en leeft maar op enkele plekken. Zo zijn er in het kalkrijke Zuid-Limburg bijvoorbeeld meerdere kalkminnende soorten die je verder niet of nauwelijks in ons land aantreft. En veel soorten zijn klein (vaak kleiner dan een halve cm, soms maar enkele mm), of erg gespecialiseerd met een verborgen levenswijze. Er zijn zelfs soorten die alleen onder de grond leven. Weer andere zijn zó zeldzaam en typerend voor de toestand van de natuur, dat ze in Nederland en daarbuiten beschermd worden. Maar er zijn ook soorten die je wél vrij eenvoudig kunt tegenkomen.
Om de stand van zaken van twaalf van de meer algemene soorten landslakken in de gaten te houden heeft Stichting ANEMOON een speciaal project, waarbij we de hulp van het publiek graag inroepen. Slakken tellen! Al dan niet in je eigen omgeving.
Op het land duiken
Stichting ANEMOON doet veel onderzoek in het 'mariene milieu' (de zee). Behalve mensen die op het strand het aanspoelsel tellen en onderzoeken wat er op pieren en strekdammen en elders langs de kust leeft, zijn er veel sportduikers bij onze projecten aangesloten.
Ook bij het landslakken-project: 'Duik in een struik' verwijst de titel naar duiken. Maar wees gerust, niemand hoeft te water. En slakken leven ook lang niet alleen in struiken. We vragen alleen of je een beetje om je heen kijkt en – vooral – op de twaalf soorten landslakken wil letten die staan afgebeeld op de poster en op het het lijstje en het afvink-kaartje dat bij het project hoort. Dat afvinken mag letterlijk (oldscool' op papier) door een vinkje in een vakje, maar het is eenvoudiger je waarnemingen digitaal door te geven. Dat kan op meerdere manieren. Een bekende manier is via waarneming.nl.
Je kunt je waarnemingen ook doorgeven aan de landelijke verspreidingsatlas. (Daar komen in principe uiteindelijk ook alle via waarneming.nl doorgegeven waarnemingen terecht). Om losse waarnemingen direct door te geven klik je hier. (Je moet dan wel eerst even een login aanmaken).
Datzelfde geldt als je zelf streeplijstjes wilt maken. Daarvoor kun je hier terecht.
Gewoon in een mailtje plakken en opsturen kan natuurlijk ook. Mail dan je telgegevens door naar anemoon@cistron.nl.
Afvink-kaartje en poster
Het onderstaande kaartje is te printen op A4-formaat. In het midden is een omvouw-stippellijn.
(Daarom staat de helft nu gespiegeld. Behalve afbeeldingen en de maten, is er ook beknopte
informatie over de twaalf slakken aanwezig. Onderaan op deze webpagina is diezelfde informatie opgenomen en nog wat aangevuld.
Tel wat je ziet
Slakken zijn weinig geliefd. Toch eten ze lang niet allemaal verse tuinplantjes. Veel soorten eten liever oud plantaardig afval, algen, schimmel en hout. Die soorten zijn nuttig. Zelf zijn slakken een belangrijke voedselbron voor onder andere vogels, muizen, egels en padden.
Ga eens een dagje slakken tellen! Slakken kunnen overal zitten. Je ziet ze vooral kruipen als het vochtig is. In de ochtend met dauw, overdag als het regenachtig is en 's nachts als het afgekoeld en (weer) vochtig is. Verder verstoppen ze zich houden ze rust. Gluur onder stenen en hout en tussen, op en onder planten. In je eigen tuin of die van een ander, of in ander groen.
Geniet van de natuur, gebruik je ogen, en onthou één gouden regel: laat je waarnemingen niet verloren gaan!
Met waarnemingen en telgegevens kunnen Stichting ANEMOON en andere organisaties veranderingen in de natuur vaststellen en populaties blijven volgen.
Op het afvink-kaartje staan 12 bekende soorten, zowel grote als kleine. Probeer die te vinden en door te geven.
Je kunt er ook voor kiezen maar op één soort te letten en die te tellen. Misschien vind je alleen huisjesslakken leuk, zoals de Zwartgerande tuinslak met al zijn verschillende kleur- en streep-variaties. Of ben je juist gespitst (om wat voor reden dan ook) op grote naaktslakken. Wie weet ben je wel bezig je tuin van slakken te ontdoen.
Hou dan eens een tijdje bij hoeveel je er per keer ziet of/en vangt. Per dag, maand of misschien wel per jaar.
Al die telgegevens zijn handig en belangrijk.
Twaalf landslakken om op te letten
Wijngaardslak - Helix pomatia
Afmetingen huisje: tot 50 x 50 mm).
Bruingeel of grijsachtig, al dan niet met vlekkerige kleurbanden.
Vaak verweerd en afgesleten. Onze grootste land-huisjesslak. Deze wordt vaak verward met de veel algemenere Segrijnslak.
De echte Wijngaardslak leeft vooral in LImburg en in de duinstreek.
Maar ook op veel oudere landgoederen, in kasteel- en kloostertuinen en andere historische plaatsen leven ze al heel erg lang. Deze soort werd vroeger veel gegeten. Het verhaal gaat dat de Romeinen ze bij zich hadden omdat ze in de vastentijd geen vlees of vis mochten eten. Mede daaraan dankt de soort de Engelse naam 'Roman Snail'. Deze soort is in ons land beschermd. (Habitatrichtlijn).
Segrijnslak - Cornu aspersum
Afmetingen huisje: tot 35 x 35 mm).
Een heel algemeen voorkomende slak. Volwassen huisjes zijn meestal vrij donker van kleur met
paarszwarte delen en lichtere bruine strepen en banden. Vooral een 'om het huis' en 'tuin-, park- en plantsoenslak'.
Eet van alles, helaas ook jonge tuinplanten. Maar het dier zelf is ook eetbaar (zelfs voor ons: met
knoflookboter de oven in: internet staat vol recepten!).
Zwartgerande (Gewone) tuinslak - Cepaea nemoralis
Afmetingen huisje: tot 25 mm.
Bekend vanwege de vele kleur- en patroonvariaties: vaak o.a. geel
of roze met één tot vijf donkere horizontale strepen of banden. Ook egaal wit, licht- en donkerbruin.
De mondrand van het huisje is vrijwel altijd zwartbruin.
Komt algemeen voor in het hele land, zowel in tuinen en plantsoenen als in bossen, duinen en elders.
Witgerande tuinslak - Cepaea hortensis
Afmetingen huisje: tot 22 mm.
Kleurpatroon variabel, ongeveer als bij de vorige. Iets kleiner, met een
lichte, meestal witte mondopening.
Komt meer plaatselijk voor, het minst in het noordelijke deel van Nederland.
Heesterslak - Arianta arbustorum
Afmetingen huisje: tot 22 mm (er zijn zowel hogere als bredere exemplaren).
Lijkt op de tuinslakken, maar is bruin met een spikkeltjespatroon en een paarsbruine band.
De mondopening is veel ronder en altijd wit.
Algemeen in het hele land. Vaak op ruderaal-terreinen met brandnetels en in bossen met klimop.
Gekielde loofslak - Hygromia cinctella
Afmetingen huisje: tot 7 mm.
Met een hoekige, vaak witte kiel/band midden over het huisje.
Van oorsprong niet inheemse soort die de laatste jaren sterk toeneemt in het hele land.
Boerenknoopje - Discus rotundatus
Afmetingen huisje: tot 6 mm.
Zeer plat, rond, geribbeld, met een geblokt kleurpatroon.
Onderkant met een zeer wijde navel.
Leeft vaak wat verborgen onder hout en stenen. Zowel in bosgebieden als in tuinen en plantsoenen.
Grote glansslak - Oxychilus draparnaudi
Afmetingen huisje: tot 13 mm.
Plat, sterk glanzend huisje, zonder ribbels of andere sculptuur.Aan de onderkant zit een klein diep naveltje. Groengeel tot geelbruin huisje, de onderzijde is wat lichter.Het dier is zwartblauw. Roofslak, eet o.a. andere slakjes en eieren van slakken.
Naaktslakken hebben geen slakkenhuis. Ze kunnen zo makkelijker in de grond kruipen. Of in andere verstopplaatsen. Ze hebben een meestal dikke huid met veel slijm. Er zijn veel, lang niet allemaal makkelijk herkenbare soorten. Bij dit project zijn vier van de meer bekende naaktslakken betrokken.
Tijgerslak - Limax maximus
Afmeting dier: tot 190 mm.
Grijsbruin met vaak opvallende vlekken of strepen. Eigenlijk eerder een panter- dan een tijgerpatroon. Soms ook egaal grijs. Hoewel ze ook plantjes eten, eten ze ook soortgenoten.
Je zou ze dus voor tuinders zelfs (een beetje) nuttig kunnen noemen.
Lichte aardslak - Limacus flavus
Afmeting dier: tot 120 mm.
Vleeskleurig geelgrijs met lichtere vlekken. De koptentakels zijn vaak mooi zacht groenblauw of wat donkerder blauw. De ademopening zit rechts onder het midden van het mantelschild. Over de rug loopt een kiel. Leefde ooit veel in aardappelkelders. maar is nu schaars aan het worden. Soms in tuinen en kelders.
Wormnaaktslak - Boettgerilla pallens
Afmeting dier: tot 50. Zeer slank (ca 30 mm). Lichtgrijs tot meer loodgrijs. De voetzool is veel lichter. Op de rug loopt een duidelijke kiel. De ademopening zit rechts onder het midden van het mantelschild. Leeft deels ondergronds en heeft een dun, lang, grijs lichaam (Lijkt op Akkerslakken of 'Sla-slakjes', maar die zijn dikker en meer gedrongen).
Gewone wegslak - Arion rufus/ater
Dit zijn de tot 150 mm grote ‘wegsigaren’ die na regen vaak je pad kruisen. Eigenlijk gaat het om meer dan één soort, maar voor het project is de naam 'Grote wegslak' voldoende. Recent bleek dat tussen soort deels ook de oorspronkelijk niet-inheemse Spaanse wegslak Arion lusitanicus schuilgaat. Die zijn iets kleuriger, maar moeilijk met zekerheid te herkennen zonder anatomisch of DNA-onderzoek. Algemeen in het hele land, vooral na regen. Eet planten, maar ook hondenpoep en aas, waaronder platgereden soortgenoten.
Veel succes met het vinden en waarnemen van slakken !
Voor vragen, mail naar Stichting ANEMOON