Search
Search

Soorten

Glanzende tepelhoren

Euspira nitida

(Donovan, 1804)

Glanzende tepelhoren


Zoekbeeld

Mariene huisjesslak. Tot 15 mm. Verse exemplaren zijn bruingeel met op de laatste winding 4 of 5 rijen roodbruine gevlamde vlekjes. 5-6 windingen met ertussen een ondiepe naad. De top is spits, de navel langwerpig van vorm en gedeeltelijk bedekt door het eelt. Het schelpoppervlak is glad met alleen groeilijnen.   Langs de hele kust en in de Zeeuwse stromen. Nu en dan levend op het strand, oud strandmateriaal is vaak blauwzwart of bruin verkleurd.

Te verwarren met

Tepelhoren Euspira catena. Deze wordt groter, de navel is ronder en dieper en de vlammetjes beperken zicht tot de bovenkant van de windingen.

Kenmerken

Afmetingen: 13 x 15 mm.
Schelpkleur: Verse exemplaren zijn bruingeel met op de laatste winding 4 of 5 rijen roodbruine vlekjes en vlammetjes. Strandmateriaal is vaak blauw zwart of bruin verkleurd.
Schelpvorm:
Kleiner en minder bol dan bij E. catena. 5-6 Windingen met ertussen een ondiepe naad. De top is spits, de navel langwerpig van vorm en gedeeltelijk bedekt door het eelt.
Sculptuur:
Het schelpoppervlak is glad met alleen groeilijnen. 


Habitat en ecologie

Zandige kustgebieden tussen 10 en 50 meter diep. Ook (veel) dieper aangetroffen. Habitat:Zandige kustgebieden, meestal tussen 10 en 50 meter. Echter ook (veel) dieper aangetroffen.

Areaal en verspreiding

Hele zuidoostelijke Noordzeegebied. In Nederland levend in de Zeeuwse stromen en overal langs de Noordzeekust.

Op het strand: Lege huisjes zijn algemeen in horentjesgruis langs de hele kust. Vooral tussen Den Helder en Hoek van Holland zijn vaak duizenden exemplaren tegelijk te vinden. Levende dieren spoelen minder algemeen, maar toch regelmatig aan. De laatste jaren schijnbaar toegenomen. Zeer regelmatig bewoond door de Kleine heremietkreeft Diogenes pugilator.


Trends

Aanspoelingen van verse levende exemplaren lijken op meerdere plaatsen langs de kust te zijn toegenomen. Deze soort wordt ook veel levend bij zandopspuitingen naar de kust vervoerd,

Literatuur

Bruyne, R.H. de, S.J. van Leeuwen, A.W. Gmelig Meyling & R. Daan (red.), 2013. Schelpdieren van het Nederlandse Noordzeegebied. Ecologische atlas van de mariene weekdieren (Mollusca). Tirion Uitgevers, Utrecht en Stichting Anemoon, Lisse 414 pp.

Code


Auteurs

[B. Oonk, jan 2014; HR feb. 2014]



Commentaar

Glanzende tepelhoren

Grafieken

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top