|
|
Zeespriet
Nemertesia antennina
(Linnaeus, 1758)
Zeespriet - Nemertesia antenninna. Wijk aan Zee. (Foto Frank Perk)
Zoekbeeld
Stijve, rechtopstaande, sprietige kolonies. Tot 30 cm. Geelbruin tot donkerbruin. Aan de voet zit een
sponzige massa van hydrorhiza's. Spoelt regelmatig aan op het strand. Autochtoon zeldzaam in de Oosterschelde. Minder schaars op enige afstand van de kust in de Noordzee, o.a. bij wrakken.
Te verwarren met
Andere rechtopstaande, sprietige Hydropoliepenkolonies.
Kenmerken
Afmetingen: Tot 30 cm.
Kleur: Geelbruin tot
donkerbruin.
Vorm: Stijve, rechtopstaande sprietige kolonies. Aan de voet zit een
sponzige massa van hydrorhiza's. De hydrocaulus is onvertakt of
hoogstens zeer zwak vertakt.
[Aanvulling nodig]
Habitat en ecologie
Leeft in de Noordzee. Groeit vooral op hard substraat. Onder andere gevonden op wrakken. Fragmenten, soms complete exemplaren spoelen regelmatig aan op het strand.
Autochtoon zeldzaam in de Oosterschelde.
Areaal en verspreiding
Atlantische soort. Vooral in de meer zuidelijke streken, maar ook rondom de Britse Eilanden en de Faeröer. Zeldzaam bij Noorwegen, verder in het Skagerrak, bij Helgoland en langs de Deense kust bij Jutland. In de Nederlandse Noordzee meerdere keren gevonden bij scheepswrakken, in de Oosterschelde en regelmatig aangespoeld op het strand. Vermoedelijker algemener dan gedacht, of de laatste decennia toegenomen.
Literatuur
- Vervoort, W., 1946. Hydrozoa (CI) A. Hydropolypen. Fauna van Nederland. Afl. XIV. 1-336. In: Fauna van Nederland, Red.: L. F. de Beaufort, P.N. van Kampen, E.D. van Oort, H.C. Redeke & W. Roepke. Uitgeverij: A.W. Sijthoff, Leiden.
Code
Auteurs
IvL
Commentaar
Grafieken