Zeenaaktslak. Tot 40 mm. Halfdoorschijnend wit, kop en papillen met blauw iriserende waas. Soms met witte vlekken. Tentakels en papillen met witte top, papilinhoud bruinrood
of grijs. Vooraan op de papillen een gebroken witte lijn. Staart met streep van witte puntjes. Bovenkant rhinoforen geel. Slanke slak, papillen lang, in 6 of
meer clusters. Tentakels ca. 2x langer dan de gelamelleerde rhinoforen. Eisnoer als
dunne witte, golvende draad, op plat vlak of op het voedsel; in dat geval als
linksdraaiende spiraal tot 6 windingen. Oosterschelde, vrij schaars.
[Lees verder...]