Haringgraat
Halecium halecinum
|
Haringgraat
Halecium halecinum
Hydropoliep. Mariene soort. Vormt tot 25 cm of hogere kolonies, betaande uit tot 25 cm lange, stijve, veervormig vertakte, geelwitte tot oranjebruine stelen. Daarop staan afwisselend geplaatst, rechte
zijtakken die in één vlak
staan. Dit patroon zet zich ook op de zijtakken voort. Ook de trompetvormige
kraagjes van de poliepen aan de uiteinden zijn om en om geplaatst.
Item 1 of 0
| Haringgraat | Halecium halecinum | | Hydropoliep. Mariene soort. Vormt tot 25 cm of hogere kolonies, betaande uit tot 25 cm lange, stijve, veervormig vertakte, geelwitte tot oranjebruine stelen. Daarop staan afwisselend geplaatst, rechte
zijtakken die in één vlak
staan. Dit patroon zet zich ook op de zijtakken voort. Ook de trompetvormige
kraagjes van de poliepen aan de uiteinden zijn om en om geplaatst. | Afmetingen: Kolonies kunnen enkele tientallen cm worden. De hoofdstelen kunnen tot ca 25 cm. worden.
Kleur: Stelen geelwit, groengeel tot oranjebruin.
Vorm: De hoofdstelen hebben afwisselend geplaatste, rechte
zijtakken, waarbij de zijtakken in één vlak
staan. (Vandaar de naam Haringgraat). Ook op de vertakkingen zijn de zijtakken afwisselend geplaatst, evenals de beker- of trompetvormige kraagjes van de poliepen aan de uiteinden.
| | Atlantische Oceaan van Noord-Noorwegen tot Zuid-Afrika. Oostkust van Amerika van de
poolzee tot Cape Hatteras, westkust vanaf British Columbia tot Californië. | Op hard substraat als stenen en schelpen, maar ook op zachter substraat als sponzen en andere hydroïdpoliepen. Van de
laagwaterlijn tot ongeveer 1000 m. Vooral op plaatsen met een
sterke stroming. De takken staan loodrecht op de stroming, zodat het voedsel zo
effectief mogelijk uit het water kan worden gefilterd. Het voedsel bestaat uit plankton. De soort heeft geen kwalstasium (medusen-stadium) maar plant zich voor door het afscheiden van planula-larven. | | 231751 | Nederland | Zoutwater | MOO |
Lange zeedraad
Obelia longissima
|
Lange zeedraad
Obelia longissima
Hydropoliep. Mariene soort. Tot lengtes van 350mm stam donker bruin tot zwart gekleurd. Vertakkingen zijn tegenover staand, de vertakkingen vertakken op zichzelf ook meerdere malen. Met een stolon bevestigd aan het substraat wat meestal bestaat uit stenen, schelpen of algen. Komt in getijde zone voor maar ook in diepere delen.
Item 1 of 0
| Lange zeedraad | Obelia longissima | | Hydropoliep. Mariene soort. Tot lengtes van 350mm stam donker bruin tot zwart gekleurd. Vertakkingen zijn tegenover staand, de vertakkingen vertakken op zichzelf ook meerdere malen. Met een stolon bevestigd aan het substraat wat meestal bestaat uit stenen, schelpen of algen. Komt in getijde zone voor maar ook in diepere delen. | Afmetingen: kolonies kunnen enkele tientallen cm worden. Hoofdstelen kunnen tot 350 mm hoog worden.
Kleur: hoofdsteel donker bruin tot zwart gekleurd, vertakkingen bleek wit.
Vorm: de hoofdstelen hebben afwisselend geplaatste zijtakken, de zijtakken zijn ook weer afwisselend geplaatst vertakt. | | Obelia longissima heeft een wereldwijde versprijding. In Nederland kan O. longissima gevonden worden in Zeeland, de Waddenzee en de Noordzee.
Verspreiding Nederland. | De kolonies komen in het litoraal (getijdezone?) voor.
Meestal in diep water gevestigd aan stenen, schelpen en wieren. Ook kunnen ze
gevonden worden op kunstmatige objecten zolang ze zich maar kunnen verankeren. | | 117389 | Nederland | Zoutwater | MOO |
Zeecypres
Sertularia cupressina
|
Zeecypres
Sertularia cupressina
Hydropoliep. Mariene soort. Kolonies
kunnen een grotere lengte bereiken tot 60 cm. Het zijn sierlijke, met de zijtakken langer, in een
dubbele rij alternerend langs de hoofdas geplaatste (meestal twee per internodium, deze met één paar
tegenoverstaande hydrothecae), onregelmatig
vertakt, met een neiging tot alternerende vertakking,
naar beneden hangende kolonies. Hydrothecae omhoog gericht en mondopening met twee even grote, afgeronde
tanden.
Item 1 of 0
| Zeecypres | Sertularia cupressina | | Hydropoliep. Mariene soort. Kolonies
kunnen een grotere lengte bereiken tot 60 cm. Het zijn sierlijke, met de zijtakken langer, in een
dubbele rij alternerend langs de hoofdas geplaatste (meestal twee per internodium, deze met één paar
tegenoverstaande hydrothecae), onregelmatig
vertakt, met een neiging tot alternerende vertakking,
naar beneden hangende kolonies. Hydrothecae omhoog gericht en mondopening met twee even grote, afgeronde
tanden. | | | | | | 117913 | Nederland | Zoutwater | MOO |